Jeugd-LIV

Jeugd-LIVVanaf 1 januari 2018 is de Wet tegemoetkomingen loondomein volledig van kracht geworden.
Per die datum is als onderdeel van deze wet het jeugd-LIV ingevoerd, formeel geheten Tegemoetkoming verhoging minimumjeugdloon.

Het jeugd-LIV is een tegemoetkoming in de loonkosten voor werkgevers die jongere werknemers (van 18 tot en met 20 jaar) in dienst hebben of nemen. Met het jeugd-LIV worden werkgevers enigszins gecompenseerd voor de extra loonkosten die het gevolg zijn van de verhoging van het minimumjeugdloon per 1 juli 2017 en per 1 juli 2019.

Voorwaarden recht op jeugd-LIV

De werkgever heeft recht op het jeugd-LIV voor elke werknemer die voldoet aan de volgende 4 voorwaarden:

  • De werknemer is verzekerd voor één of meer van de werknemersverzekeringen.
  • De werknemer geniet loon uit tegenwoordige dienstbetrekking als bedoeld in artikel 3 tot en met 6 van de Ziektewet.
  • De werknemer heeft een gemiddeld uurloon dat hoort bij het wettelijk minimumjeugdloon voor zijn leeftijd.
  • De werknemer is op 31 december van het voorafgaande jaar 18, 19 of 20 jaar.

Voor het LIV bestaat er een ondergrens van 1.248 verloonde uren per kalenderjaar. Deze vreemde drempel geldt gelukkig niet voor het jeugd-LIV.

Uitbetaling jeugd-LIV

Er behoeft geen aparte aanvraag gedaan te worden om gebruik te maken van het jeugd-LIV. De tegemoetkoming wordt namelijk jaarlijks, achteraf, automatisch uitbetaald door de Belastingdienst. Men baseert zich hierbij op de gegevens zoals die aangeleverd zijn door de werkgever d.m.v. de periodieke loonaangiften.
In principe krijgen werkgevers voor 15 maart van een jaar een voorlopig overzicht van UWV van het jeugd-LIV waarop men recht heeft voor het voorafgaande jaar. Eventuele fouten in de loonadministratie kunnen dan tot en met 1 mei hersteld worden door het insturen van correcties op de ingediende aangiften voor de loonheffingen. De definitieve hoogte van het jeugd-LIV voor een bepaald jaar berekent UWV dus aan de hand van de gegevens zoals deze op 1 mei van het daaropvolgende jaar in de polisadministratie staan.

Hoogte van het jeugd-LIV

De hoogte van de tegemoetkoming uit hoofde van het jeugd-LIV hangt af van het aantal verloonde uren van de werknemer en van zijn leeftijd op 31 december van het voorafgaande jaar.
Voor 2020 geldt de volgende tabel:

Leeftijd op 31-12-2020Jeugd-LIV per verloond uurMaximaal per jaar
18 jaar€ 0,07€ 135,20
19 jaar€ 0,08€ 166,40
20 jaar€ 0,30€ 613,60

In ons artikel over de LIV hebben we een aantal bijzonderheden van die regeling vermeld, dus over de jeugd-LIV dan ook maar, waarbij we weer verre van uitputtend zijn:

  • Bij de jeugd-LIV is het fiscale loon (officieel het SV-loon, maar dat is bijna altijd identiek) uitgangspunt voor de berekening van de tegemoetkoming. Dus als een werknemer toeslagen ontvangt, bijvoorbeeld nachttoeslag, dan kan zijn gemiddelde uurloon te hoog worden voor de tegemoetkoming.
  • De uurloongrenzen voor het jeugd-LIV zijn gebaseerd op de bedragen van het wettelijk minimumloon (WML) per 1 januari en 1 juli. (Voor de berekening van de uurloongrenzen van het LIV wordt uitgegaan van het WML per 1 januari. De berekeningen van het LIV en jeugd-LIV zijn dus niet gelijk.)
    Bij de berekening van de uurbedragen wordt uitgegaan van 260 dagen. De bandbreedte wordt aan de onderkant begrensd door het voor de betreffende leeftijd geldende minimumuurloon, gebaseerd op een normale arbeidsduur van 40 uur, verhoogd met een vakantietoeslag van 8%, naar voorbeeld van het LIV. De bovenkant van deze bandbreedte wordt begrensd door het minimumloon geldend voor de leeftijdsgroep die één jaar ouder is. Op deze manier valt ook het gemiddelde uurloon van jongeren die vroeg in het jaar jarig zijn tussen de gestelde grenzen. De bovengrens voor het minimumuurloon is trouwens gebaseerd op een normale arbeidsduur van 36 uur, verhoogd met een vakantietoeslag van 8%. Op deze manier valt iedereen binnen de bandbreedte die op het geldende minimumjeugdloon wordt betaald, ongeacht wanneer hij of zij jarig is in het jaar, en ongeacht de geldende normale fulltime arbeidsduur.
  • Het feit dat er een onderbegrenzing is kan er toe leiden, net zoals dat bij het LIV het geval is, dat voor een werknemer die deelnemer is in een pensioenregeling zijn berekende uurloon onder de ondergrens komt (door de inhouding van de pensioenpremie op het loon), waardoor de werkgever de tegemoetkoming mis loopt!

Informatie

Meer weten over onze dienstverlening als administratiekantoor?

Terug naar onze homepagina? Voor meer artikelen klikt u hier.

Om de leesbaarheid van dit artikel over het jeugd-LIV  te bewaren zijn noodzakelijkerwijs alleen de hoofdpunten van de materie besproken kunnen worden. Aan de juistheid van het artikel hebben we veel aandacht besteed.
Aansprakelijkheid voor de inhoud of voor handelen van derden op basis van de inhoud kan niet worden aanvaard. Het is niet toegestaan om (delen van) de inhoud van onze website te gebruiken, te vermenigvuldigen of te verspreiden anders dan door een link te plaatsen naar de betreffende pagina van onze website.
© Administratiekantoor Visser & van Eck BV Capelle a/d IJssel. Auteur: mr. L.C. van Trotsenburg.

andere onderwerpen:
| werkkostenregeling | | factuureisen | | verklaring arbeidsrelatie | | beoordeling dienstbetrekking |
| fictieve dienstbetrekking | | administratieve achterstanden wegwerken | | opzetten administratie |
| administrateur rotterdam | | administratie uitbesteden | | financiële administratie | | verwerken administratie | salarisadministratie rotterdam | | boekhoudkantoor rotterdam |
| salarisadministratie capelle | | opstellen jaarrekeningen | | sitemap |